Inkomensoverdrachten en subsidies

Inleiding
Voor een juiste financiële registratie van de baten en lasten zijn de voorschriften "informatie voor derden"(IV3) van toepassing. De afbakening van de categorie "subsidies" is die volgens het Europees statistisch bureau (Eurostat). Deze wijkt af van de afbakening van subsidies volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb), en spreekt met name over marktproducenten.
Voor wat wij een subsidie noemen staat in de IV3 de term inkomensoverdracht.

De inkomensoverdrachten kunnen in twee soorten worden onderscheiden.

1. Ten eerste betreft het de bijdragen in de exploitatiekosten van bedrijven en (overheids) instellingen en de bijdragen aan personen in de kosten van levensonderhoud, zover geen sociale uitkeringen in geld. Er mag hierbij geen sprake zijn van een direct verband tussen de betaling en een geleverde prestatie. Een inkomensoverdracht vergroot dan ook in deze context het beschikbare inkomen van de ontvangende partij.
2. Ten tweede worden tot de inkomensoverdrachten gerekend de betalingen van een overheidsinstelling aan een andere overheidsinstelling voor goederen en/of diensten, niet behorend tot grond, duurzame goederen of pachten, waarvoor geldt dat:

• deze goederen en/of diensten niet worden verbruikt in het eigen productieproces van de (ontvangende) overheidsinstelling; en
• het contract voor de levering van goederen of diensten niet tot stand is gekomen binnen een aanbestedingstraject.

De inkomensoverdrachten bestaan uit acht categorieën aan overdrachten in relatie tot een bepaalde tegensector. In het kader van deze bijlage is de categorie "Inkomensoverdrachten - overige instellingen en personen" van toepassing. De IV3 zegt hierover het volgende:
Hiertoe behoren onder meer de bijdragen in de uitgaven van huishoudens (..) én bijdragen in de exploitatiekosten van instellingen waarvan de baten in hoofdzaak afkomstig zijn van personen/ gezinnen en/of het buitenland.
Tot deze categorie behoren onder meer:

• tegemoetkomingen aan raadsfracties in de kosten van die fracties;
• uitkeringen schadeverzekeringen;
• bijdragen aan amateurgezelschappen voor muziek, opera, toneel en dans;
• bijdragen aan amateursportverenigingen;
• bijdragen aan instellingen zonder winstoogmerk zoals vakbonden, regionale omroepen, goede doelen organisaties;
• uitgekeerde geldprijzen, toelagen of andere bijdragen aan personen voor bijzondere prestaties, zoals op het gebied van cultuur en wetenschap of voor daden van menslievende aard;
• bijdragen aan studiefondsen en verstrekking van studiebeurzen en toelagen.

Kader
De algemene gemeentelijke kaders wat betreft de subsidieverstrekking zijn als volgt vastgelegd:
- Algemene subsidieverordening
- Subsidieregeling indexering van subsidies gemeente Waadhoeke 2018
- Subsidieregeling bevoorschotting subsidie gemeente Waadhoeke 2018
- Regeling subsidieverantwoording kleine instellingen Waadhoeke.

Subsidieregelingen - subsidieplafonds
De wijze van verdelen van de subsidies is in de afzonderlijke subsidieregelingen opgenomen. In principe geldt het budget in de begroting als subsidieplafond. In die gevallen is dit zo in de regeling vastgelegd. Is dit niet het geval dan dienen er andere afspraken te zijn vastgelegd.

Begrotingssubsidies
Daarnaast zijn er ook subsidies die niet onder een regeling te vatten zijn, de zogenaamde begrotingssubsidies. Deze worden met naam en toenaam genoemd in de begroting. Het genoemde bedrag is, is het bedrag waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld (artikel 4:23 lid 3c van de Algemene wet bestuursrecht). Voor onderstaande subsidieontvangers is een structurele begrotingssubsidie opgenomen in de ontwerpbegroting.